Antwoord bij rekenopgave 7.9e

1. Welke toets moet je uitvoeren om een conclusie te trekken over de populatie waaruit de steekproef getrokken is?

Een toets op de regressiecoëfficiënt (b).
Ook goed: Een F-toets op het regressiemodel.

2. Wat zijn de statistische hypothesen van deze toets?

H0: βblootstelling = 0.
H1: βblootstelling ≠ 0.
NB eenzijdig geformuleerde hypothesen zijn ook correct, mits de alternatieve hypothese is dat β > 0 (positief verband).

NB wanneer een F-toets gekozen is, zijn de volgende hypothesen correct:
H0: ρY.12...k = 0 met H1: ρY.12...k ≠ 0 of H1: ρY.12...k > 0.

In alle gevallen mogen de hypothesen ook in woorden weergegeven worden mits duidelijk is dat het om de regressie/richtingscoëfficiënt (of de meervoudige correlatiecoëfficiënt) gaat in de populatie.

3. Wat is de waarde van de toetsingsgrootheid, de standaardfout, de vrijheidsgraden en de overschrijdingskans?

Berekeningen voor vraag 3-5 (hoeft niet ingeleverd te worden):
RespondentBlootstelling (X)Hyperactief (Y)Voorspeld (Y')XYX2Y - Y'(Y - Y')2Y2
1323,14769-1,1471,3164
2765,68742490,3130,09836
3564,41730251,5832,50636
4645,0522436-1,0521,10716
5232,512640,4880,2389
6121,877210,1230,0154
7232,512640,4880,2389
8856,3224064-1,3221,74825
9765,68742490,3130,09836
10986,95772811,0431,08864
11655,0523036-0,0520,00325
12433,7821216-0,7820,6129
Som605353,004312374-0,0049,067273
b0,635
a1,242SSx74,000
SEb0,111SSresidu9,067
t5,737SStotaal38,917
R20,767
95%CI0,3880,882
F32,911

4. Bereken het 95%-betrouwbaarheids-interval van de richtingscoëfficiënt van de regressievergelijking.

95%CI [0,39; 0,88]

5. Bereken de effectgrootte.

R2 = 0,77.

6. Wat is je conclusie? Interpreteer alle resultaten volgens de richtlijnen van het vak Inferentiële Statistiek.

Vermeld de eenheden en variabelen: Nederlandse kinderen, hyperactiviteit en blootstelling (aan geweld via tv, internet en computergames).
Vermeld het toetsresultaat op de juiste wijze: b = 0,64, t = 5,74, p < 0,01, 95% CI [0,39, 0,88]. Ook goed: F (1, 10) = 32,91, p < 0,01.
Interpreteer: