Technieken voor het univariaat beschrijven van variabelen

Inhoud:
Frequenties
Descriptives
Grafieken

Frequenties

Bootstrappen voor excellentiegroep

Voorwaarden
Bootstrappen mag altijd toegepast worden wanneer de steekproef representatief is voor de populatie. Bij eenvoudige toetsen is dat in de praktijk al voldoende het geval bij een steekproef van enkele tientallen waarnemingen.

SPSS commando

NB SPSS lijkt het bootstrappen bij elke toets uit te voeren totdat de optie 'Perform bootstrapping' weer wordt uitgezet.

SPSS Output
De gebruikelijke tabel met de steekproefstatistieken heeft nu extra kolommen met de bootstrapresultaten: bias (het gemiddelde verschil tussen de waarden in de bootstrapsteekproeven en de waarde voor de oorspronkelijke steekproef), Std. Error (de standaardfout van de statistiek), en het betrouwbaarheidsinterval voor de statistiek.
Standaard wordt ook de steekproefomvang (N) en het aantal missing values gerapporteerd. Deze kenmerken van de steekproef variëren uiteraard niet tussen de steekproeven. Daarom is een standaardfout (en bias) 0.

Rapportage
Wanneer je het betrouwbaarheidsinterval van de bootstraptoets rapporteert, voeg je (bootstrap) toe achter het gerapporteerde betrouwbaarheidsinterval.
Bijvoorbeeld: "De jongeren kijken gemiddeld 2,7 uur televisie op een dag in het weekeinde, CI = [0,58; 5,10] (bootstrap)."

Descriptives

Grafieken

Grafieken vind je ofwel via het Frequencies-commando (zie boven) ofwel in het menu GRAPHS - LEGACY DIALOGS.