Rekenopgave 3.4e

Er wordt een aselecte steekproef van vijf paren waarnemingen getrokken, één waarneming van elk paar uit een populatie met gemiddelde μ1, en de andere uit een populatie met gemiddelde μ2. In de tabel worden de meetwaarden gegeven.

Paar Waarde in populatie 1 Waarde in populatie 2
1 28 22
2 31 27
3 24 20
4 30 27
5 22 20

a. Toets de nulhypothese H0: μv = 0 tegen H1: μv ≠ 0, waar μv = μ1 - μ2. Gebruik α = 0,05.

b. Construeer een 95% betrouwbaarheidsinterval voor μv.

c. Wanneer zijn de procedures die je in a en b hebt gebruikt geldig?

Antwoord