Rekenopgave 3.7e

Een onderzoeker wil de hypothese toetsen dat vrouwelijke personages vaker lachen dan mannelijke personages in soaps. Hij trekt aselect 5 mannelijke en 5 vrouwelijke personages uit een aflevering van een soap en hij telt hoe vaak zij lachen in deze aflevering. Dit resulteert in de volgende gegevens:

Mannelijke personages Vrouwelijke personages
8 15
11 9
13 13
4 11
2 18

Toets de nulhypothese dat er geen verschillen in lachfrequentie zijn. Ga ervan uit dat de variabele 'lachfrequentie' in de populatie normaal verdeeld is.

Antwoord