Vraag 7.7

Een organisatie heeft een trainingsprogramma ontwikkeld om middelbare scholieren meer mediawijs te maken. Om te controleren of de training werkt, wordt onderzoek gedaan onder leerlingen die de training wel hebben gevolgd en leerlingen die de training niet hebben gevolgd (variabele 'training').
Er zijn aselect leerlingen getrokken in het Lager Beroepsonderwijs (LBO), HAVO en VWO (variabele 'schooltype'). Bij deze leerlingen is de mediawijsheid gemeten via een valide en betrouwbare schaal (variabele 'mediawijs') die loopt van 1 ('zeer laag') tot 9 ('zeer hoog').
De onderzoeksvraag is: Heeft de training effect op de mediawijsheid van scholieren en is dit effect hetzelfde bij alledrie de schooltypen?
Op basis van de analyseresultaten (SPSS) die hieronder worden weergegeven, schrijft de onderzoeker de volgende conclusie:

"Leerlingen die het trainingsprogramma volgden (M = 6,11, SD = 1,39) hebben gemiddeld significant meer mediawijsheid dan leerlingen die de training niet volgden (M = 4,34, SD = 2,09), F = 61,43, p < 0,001, η2 = 0,22. We moeten dit een middelmatig verschil noemen. Er blijken bovendien significante maar kleine verschillen te zijn tussen de schooltypen wat betreft het effect van het trainingsprogramma, F = 3,84, p < 0,001, η2 = 0,03. Het effect is het grootst voor VWO-leerlingen die de training volgden (M = 7,67, SD = 0,96) en veel kleiner voor LBO-leerlingen die de training volgden (M = 4,98, SD = 0,88)."


Between-Subjects Factors
  Value Label N
Training gevolgd 1 niet gevolgd 30
2 wel gevolgd 30
Schooltype 1 LBO 20
2 HAVO 20
3 VWO 20

Descriptive Statistics
Dependent Variable: Mediawijsheid
Training gevolgd Schooltype Mean Std. Deviation N
niet gevolgd LBO 2,4387 1,11489 11
HAVO 3,7067 ,76752 8
VWO 6,6927 ,82716 11
Total 4,3367 2,09478 30
wel gevolgd LBO 4,9799 ,87650 9
HAVO 5,7796 ,84857 12
VWO 7,6697 ,96253 9
Total 6,1067 1,39179 30
Total LBO 3,5823 1,63097 20
HAVO 4,9505 1,31130 20
VWO 7,1324 ,99943 20
Total 5,2217 1,97625 60

Levene's Test of Equality of Error Variancesa
Dependent Variable: Mediawijsheid
F df1 df2 Sig.
,540 5 54 ,745
Tests the null hypothesis that the error variance of the dependent variable is equal across groups.
a. Design: Intercept + training + schooltype + training * schooltype

Tests of Between-Subjects Effects
Dependent Variable: Mediawijsheid
Source Type III Sum of Squares df Mean Square F Sig.
Corrected Model 185,555a 5 37,111 44,658 ,000
Intercept 1596,494 1 1596,494 1921,179 ,000
training 51,048 1 51,048 61,429 ,000
schooltype 125,709 2 62,854 75,637 ,000
training * schooltype 6,374 2 3,187 3,835 ,028
Error 44,874 54 ,831    
Total 1866,396 60      
Corrected Total 230,429 59      
a. R Squared = ,805 (Adjusted R Squared = ,787)

1. Welke analysetechniek heeft de onderzoeker hier toegepast om zijn onderzoeksvaag te beantwoorden? Leg uit of dit hier de optimale techniek is in verhouding tot de ander technieken die je kent.

2. Wat zijn de nulhypothesen die getoetst worden in alle gepresenteerde output?

3. De onderzoeker beweert dat de toets tweezijdig is. Leg uit of hij gelijk heeft.

4. Aan welke voorwaarden voor de analysetechniek is voldaan en aan welke niet? Motiveer je antwoord.

5. Op welk(e) punt(en) klopt de interpretatie van de onderzoeker niet met de resultaten? Geef aan hoe het wel moet. Kijk zowel naar de inhoud als vorm (richtlijnen van het vak Inferentiële Statistiek) van de interpretatie.

6. Interpreteer het resultaat dat de onderzoeker niet bespreekt. Welke aanvullende toets(en) heb je nodig om dit resultaat te interpreteren?

Databestand: vraag7_7.sav

Antwoord