Vraag 7.9

Worden kinderen materialistischer wanneer zij meer blootgesteld zijn aan advertenties? In een aselecte steekproef van Nederlandse kinderen in de leeftijdscategorie 8 tot 11 jaar is materialisme gemeten via een schaaltechniek die een variabele op interval meetniveau oplevert. Advertentie exposure is gemeten als een variabele met vier categorieën: (1) weinig exposure via tv en internet, (2) alleen veel exposure via tv, (3) alleen veel exposure via internet, (4) veel exposure via tv en internet.

Hieronder staat output van een analyse met SPSS. De conclusie van de onderzoeker naar aanleiding van de onderzoeksvraag: “Er is een significant, sterk effect van advertentie exposure op materialisme, F (3, 465) = 140,95, p < 0,001. Veel exposure, of dit nu via tv (M = 6,03, SD = 1,05), internet (M = 5,98, SD = 0,98) of beide media (M = 6,43, SD = 0,83) plaatsvindt, levert meer materialisme op dan weinig exposure (M = 3,41, SD = 1,66).”

Descriptives
Mate waarin het kind materialistisch is
  N Mean Std. Deviation Std. Error 95% Confidence Interval for Mean
Lower Bound Upper Bound
weinig exposure via tv en internet 117 3.4094 1.65703 .15319 3.1060 3.7128
alleen veel exposure via tv 119 6.0329 1.05269 .09650 5.8418 6.2240
alleen veel exposure via internet 116 5.9787 .97872 .09087 5.7987 6.1587
veel exposure via tv en internet 114 6.4316 .82938 .07768 6.2777 6.5855
Total 466 5.4582 1.67654 .07766 5.3056 5.6109

Test of Homogeneity of Variances
Mate waarin het kind materialistisch is
Levene Statistic df1 df2 Sig.
17.395 3 462 .000

ANOVA
Mate waarin het kind materialistisch is
  Sum of Squares df Mean Square F Sig.
Between Groups 669.859 3 223.286 161.904 .000
Within Groups 637.156 462 1.379    
Total 1307.015 465      

Multiple Comparisons
Dependent Variable: Mate waarin het kind materialistisch is
Bonferroni
(I) Advertentie exposure (J) Advertentie exposure Mean Difference (I-J) Std. Error Sig. 95% Confidence Interval
Lower Bound Upper Bound
weinig exposure via tv en internet alleen veel exposure via tv -2.62349* .15289 .000 -3.0286 -2.2184
alleen veel exposure via internet -2.56934* .15387 .000 -2.9770 -2.1616
veel exposure via tv en internet -3.02217* .15455 .000 -3.4317 -2.6127
alleen veel exposure via tv weinig exposure via tv en internet 2.62349* .15289 .000 2.2184 3.0286
alleen veel exposure via internet .05416 .15323 1.000 -.3518 .4602
veel exposure via tv en internet -.39868 .15391 .059 -.8065 .0091
alleen veel exposure via internet weinig exposure via tv en internet 2.56934* .15387 .000 2.1616 2.9770
alleen veel exposure via tv -.05416 .15323 1.000 -.4602 .3518
veel exposure via tv en internet -.45283* .15488 .022 -.8632 -.0425
veel exposure via tv en internet weinig exposure via tv en internet 3.02217* .15455 .000 2.6127 3.4317
alleen veel exposure via tv .39868 .15391 .059 -.0091 .8065
alleen veel exposure via internet .45283* .15488 .022 .0425 .8632
*. The mean difference is significant at the 0.05 level.

1. Welke analysetechniek is hier uitgevoerd? Geef de naam van de toets en leg uit waarom dit hier de meest geschikte techniek is.

2. Wat zijn de statistische nulhypothese en de alternatieve hypothese bij de toets waarmee de onderzoeksvraag wordt beantwoord?

3. Bereken de effectgrootte van het model. Heeft de onderzoeker gelijk dat het effect sterk is? Motiveer je antwoord.

4. Het resultaat is niet helemaal volgens de richtlijnen van het vak IS gerapporteerd. Noem vier fouten en onvolledigheden.

5. Ben je het inhoudelijk helemaal eens met de conclusie van de onderzoeker? Gebruik resultaten uit de tabellen om je antwoord te motiveren.

6. Interpreteer het betrouwbaarheidsinterval voor ‘weinig exposure via tv en internet’ in de tabel Descriptives.

Antwoord