Rekenopgave 2.4

Stel X is een normaal verdeelde variabele met μ = 50 en σ = 3. Vind een waarde van X, en noem die xi , zó dat

a. 2,5% van de eenheden groter of gelijk is aan xi oftewel P(Xxi) = 2,5%.

b. 84,13% van de eenheden kleiner of gelijk is aan xi oftewel P(Xxi) = 84,13 %.

c. 95% van de eenheden groter is dan xi oftewel P(X > xi) = 95%.

d. 86,30% van de eenheden kleiner is dan xi maar groter dan 41 oftewel P(41 < X < xi) = 86,30%.

e. 1% van de waarden van X is groter dan xi.

Antwoord