Het statistische analyseproces begint wanneer de gegevens verzameld zijn en ingevoerd zijn in SPSS. Het eindigt wanneer de analyses zijn uitgevoerd en de resultaten zijn geïnterpreteerd waarmee de onderzoeksvragen beantwoord worden.
Dit proces bevat een viertal stappen: beschrijven, bewerken, beoordelen en beantwoorden van de onderzoeksvraag. De eerste drie stappen zijn eigenlijk voorbereidingen die nodig zijn om het uiteindelijke doel te bereiken, namelijk het antwoord op de onderzoeksvragen.
In de bovenstaande stappen werk je soms met afzonderlijke variabelen (univariaat), soms met twee variabelen tegelijkertijd (bivariaat) en soms met drie of meer variabelen tegelijkertijd (multivariaat). Het onderstaande schema geeft een overzicht van de technieken die in BS en IS aan de orde komen en die je aan het einde van de cursus IS moet beheersen.
Om het spoor niet bijster te raken raden we je aan om in het analyseproces de stappen in dit schema steeds systematisch te volgen: eerst univariaat beschrijven, bewerken, beoordelen en eventuele univariate onderzoeksvragen beantwoorden, dan deze stappen bivariaat uit te voeren, tenslotte multivariaat. Natuurlijk hoef je niet in elk onderzoek alle stappen te gebruiken, je zult bijvoorbeeld niet vaak een univariate onderzoeksvraag hebben. Maar het is belangrijk om de stappen die wel relevant zijn in deze vaste volgorde te zetten.
1. Univariaat | 2. Bivariaat | 3. Multivariaat | |
1. Beschrijven (zie BS) | - Frequentietabel - Centrum- en spreidingsmaten - Grafiek: cirkeldiagram, staafdiagram, lijndiagram, boxplot, histogram | - Kruistabel - Samengesteld staaf- of lijndiagram - Spreidingsdiagram | - Correlatiematrix |
2. Bewerken (zie ook BS) | - Labels aan variabelen en waarden (values) toekennen - Missing values definiëren (ook voor onmogelijke waarden) - Hercoderen, groeperen van gegevens - Cases selecteren - Standaardiseren (z-scores) | (zie uni- en multivariaat) | - Factoranalyse (schaalconstructie) - Indexvariabele maken |
3. Beoordelen | - Controle op normale verdeling - Extreme waarden identificeren | - Aantal waarnemingen in cellen kruistabel - Varianties gelijk in groepen ((Levene's) F-toets op 2 varianties) - Vorm verband (lineair) | - Betrouwbaarheid van schaal (Cronbach's alpha) |
4. Beantwoorden onderzoeksvraag (gebruik de manier van rapporteren voorgeschreven in APA6) | - Chikwadraattoets op de frequenties van 1 nominale variabele - t-toets op 1 gemiddelde - Toets op een proportie | - Associatiematen (zie BS) - Toets op een correlatiecoëfficiënt - Toets op Spearman's rangcorrelatie - Chikwadraattoets op kruistabel - Fisher exact-toets - t-toets op afhankelijke scores - t-toets op onafhankelijke scores/twee gemiddelden - (Levene's) F-toets op 2 varianties - Eenwegs-variantieanalyse - Enkelvoudige regressieanalyse | - Tabelsplitsing (zie BS) - Tweewegs-variantieanalyse - Meervoudige regressieanalyse |